Doorgaan naar inhoud

Wat zegt de Bijbel over Daniël?

Wat zegt de Bijbel over Daniël?

Het antwoord uit de Bijbel

 Daniël was een Joodse profeet die tijdens de zevende en zesde eeuw v.Chr. leefde. God gaf hem het vermogen om dromen uit te leggen en liet hem visioenen zien over toekomstige gebeurtenissen. Onder leiding van God schreef Daniël het boek dat zijn naam draagt (Daniël 1:17; 2:19).

Wie was Daniël?

 Daniël groeide op in Juda, een koninkrijk waarin de stad Jeruzalem lag met de Joodse tempel. In 617 v.Chr. veroverde de Babylonische koning Nebukadnezar Jeruzalem en voerde hij ‘de vooraanstaande mannen van het land’ als ballingen naar Babylon (2 Koningen 24:15; Daniël 1:1). Ook Daniël, die toen misschien nog een tiener was, werd meegenomen.

 Daniël en een paar andere jonge mannen (onder wie Sadrach, Mesach en Abednego) werden naar het Babylonische paleis gebracht, waar ze een speciale opleiding zouden krijgen als voorbereiding op staatsdienst. Hoewel Daniël en zijn drie vrienden onder druk werden gezet om dingen te doen die tegen hun geloof ingingen, bleven ze trouw aan hun God, Jehovah (Daniël 1:3-8). Na een opleiding van drie jaar prees Nebukadnezar ze om hun wijsheid en bekwaamheid. Hij merkte dat ze ‘tien keer beter waren dan alle magiërs en bezweerders in zijn hele rijk’. Vervolgens gaf hij Daniël en zijn vrienden een functie aan het hof (Daniël 1:18-20).

 Tientallen jaren later, toen Daniël waarschijnlijk in de 90 was, werd hij ontboden in het paleis. Belsazar, die toen over Babylon regeerde, vroeg Daniël om de betekenis uit te leggen van een handschrift dat op een mysterieuze manier op de muur was verschenen. Met Gods hulp kon Daniël uitleggen dat Babylon veroverd zou worden door het rijk Medië-Perzië. Die nacht werd Babylon ingenomen (Daniël 5:1, 13-31).

 Nu Babylon onder Medië-Perzië viel, werd Daniël aangesteld als hoge ambtenaar. Koning Darius was zelfs van plan om hem een nog hogere positie te geven (Daniël 6:1-3). Jaloerse ambtenaren smeedden een complot om Daniël te doden door hem in een leeuwenkuil te laten gooien, maar Jehovah bevrijdde hem (Daniël 6:4-23). Tegen het eind van Daniëls leven verscheen er een engel aan hem, die hem er twee keer van verzekerde dat hij een ‘zeer geliefde man’ was (Daniël 10:11, 19).

 Bekijk de tweedelige video Daniël: Zijn leven lang een voorbeeld van geloof.