Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

Er is hoop

Er is hoop

Er is hoop

IN HET verleden had men de neiging om mensen die aan een stemmingsstoornis leden, uit de weg te gaan. Het gevolg was dat veel van die patiënten sociale verschoppelingen werden. Sommigen konden geen baan krijgen of werden ontslagen. Anderen werden door hun eigen familie gemeden. Vaak werd het probleem hierdoor alleen maar erger en kreeg de patiënt geen hulp.

De laatste tientallen jaren is het begrip van klinische depressie en bipolaire stoornis echter enorm toegenomen. Nu is bekend dat deze aandoeningen te behandelen zijn. Maar het is niet altijd makkelijk om hulp te krijgen. Hoe komt dat?

De symptomen herkennen

Een stemmingsstoornis wordt niet eenvoudigweg vastgesteld door een bloedonderzoek of een röntgenfoto. In plaats daarvan worden iemands gedrag, denkwijze en beoordelingsvermogen een tijdlang onderzocht. Er moet een aantal symptomen aanwezig zijn, wil de diagnose gesteld kunnen worden. Het probleem is dat gezinsleden en vrienden soms niet beseffen dat wat ze waarnemen op een stemmingsstoornis wijst. „Zelfs al zijn mensen het erover eens dat iemands gedrag afwijkt van het normale,” schrijft dr. David J. Miklowitz, „ze kunnen er heel verschillende opvattingen over hebben hoe dat komt.”

Bovendien kan het, ook al vinden de gezinsleden de situatie ernstig, moeilijk zijn de patiënt ervan te overtuigen dat hij of zij medische hulp nodig heeft. Of als u zelf degene bent die ziek is, bent u misschien niet geneigd hulp te zoeken. Dr. Mark S. Gold schrijft: „Misschien gelooft u datgene wat u denkt als u depressief bent — dat u niet deugt, dus wat heeft het voor nut om hulp te gaan zoeken als er toch geen hoop is voor iemand als u. Misschien wilt u er wel met iemand over praten, maar denkt u dat depressiviteit iets is om je voor te schamen, dat het allemaal uw eigen schuld is. . . . Misschien weet u niet dat wat u voelt, depressie is.” Toch is medische hulp cruciaal voor iemand die aan ernstige depressie lijdt.

Natuurlijk is iedereen weleens zwaarmoedig, en dit hoeft niet per se op een stemmingsstoornis te wijzen. Maar als deze gevoelens nu eens intenser schijnen te zijn dan een sombere bui? En als ze ongewoon lang aanhouden — misschien twee weken of langer? Stel dat de depressieve stemming u bovendien verhindert normaal te functioneren, hetzij op het werk, op school of in de sociale sfeer. In dat geval zou het misschien verstandig zijn een deskundige te raadplegen die bevoegd is depressieve stoornissen vast te stellen en te behandelen.

Als het biochemische evenwicht verstoord is, kunnen er medicijnen worden voorgeschreven. In andere gevallen kan er counseling worden aanbevolen om de patiënt te leren met zijn of haar ziekte om te gaan. Soms heeft een combinatie van beide benaderingen goede resultaten afgeworpen. * Het belangrijkste is dat men stappen onderneemt en hulp zoekt. „Vaak zijn patiënten bang en schamen ze zich voor hun ziekte”, zegt Lenore, die aan bipolaire stoornis lijdt en in het voorgaande artikel werd genoemd. „Maar waar je je eigenlijk voor moet schamen is dat je vermoedt dat je een probleem hebt en niet de hulp zoekt die je zo hard nodig hebt.”

Lenore spreekt uit ervaring. „Ik lag al een jaar praktisch de hele dag op bed”, zegt ze. „Toen ik me op een dag een beetje sterker voelde, besloot ik een dokter te bellen voor een afspraak.” Er werd vastgesteld dat Lenore aan bipolaire stoornis leed, en er werden medicijnen voorgeschreven. Dit bleek een keerpunt in haar leven te zijn. „Ik voel me normaal als ik mijn medicijnen inneem,” zegt Lenore, „hoewel ik mezelf er steeds aan moet herinneren dat als ik ermee stop, alle oude symptomen weer terugkomen.”

Hetzelfde geldt voor Brandon, die aan depressie lijdt. „Als tiener”, zegt hij, „liep ik vaak rond met de gedachte aan zelfmoord omdat ik een overweldigend gevoel van waardeloosheid had. Pas toen ik al in de dertig was, ging ik naar een dokter.” Net als Lenore neemt Brandon medicijnen in om zijn ziekte tegen te gaan, maar hij doet meer. „Om me in alle opzichten beter te voelen,” zegt hij, „besteed ik aandacht aan mijn geest en mijn lichaam. Ik neem rust en let op wat ik eet. Ook vul ik mijn geest en hart met positieve gedachten uit de bijbel.”

Maar Brandon wijst erop dat klinische depressie een medisch probleem is en niets met iemands geestelijke gezindheid te maken heeft. Dit besef is van doorslaggevende betekenis voor herstel. Brandon vertelt: „Een goedbedoelende medechristen zei eens tegen me dat aangezien in Galaten 5:22, 23 staat dat vreugde een vrucht van Gods heilige geest is, ik hoogstwaarschijnlijk depressief was omdat ik iets had gedaan waardoor die geest werd belemmerd. Daardoor voelde ik me nog schuldiger en depressiever. Maar toen ik eenmaal hulp kreeg, begon de donkere wolk boven me weg te trekken. Ik voelde me veel beter! Ik wou dat ik eerder hulp had gezocht.”

De strijd winnen

Zelfs nadat er een diagnose is gesteld en met behandeling is begonnen, zal een stemmingsstoornis de patiënt waarschijnlijk nog steeds voor problemen plaatsen. Kelly, die tegen ernstige depressie vecht, is dankbaar voor de professionele hulp die gericht is op de medische aspecten van haar ziekte. Maar ze heeft bovendien gemerkt dat de steun van anderen cruciaal is. Aanvankelijk aarzelde Kelly om anderen te benaderen, want ze wilde hun niet tot last zijn. „Ik moest niet alleen leren om hulp te vragen maar ook hulp te aanvaarden”, zegt ze. „Pas toen ik me daarvoor openstelde, kon ik de neerwaartse spiraal doorbreken.”

Als een van Jehovah’s Getuigen bezoekt Kelly vergaderingen met medegelovigen in de Koninkrijkszaal. Maar soms zorgen zelfs deze fijne gelegenheden voor problemen. „Vaak kunnen de lampen, de heen en weer lopende mensen en het rumoer overweldigend zijn. Dan begin ik me schuldig te voelen en word ik depressiever omdat ik het gevoel heb dat mijn ziekte op een gebrek aan geestelijke gezindheid moet duiden.” Hoe gaat Kelly met deze situatie om? Ze zegt: „Ik heb geleerd dat depressie een ziekte is waar ik tegen moet vechten. Het is geen weerspiegeling van mijn liefde voor God of voor mijn medechristenen. Het is geen ware weerspiegeling van mijn geestelijke gezindheid.”

Lucia, die eerder in deze serie artikelen werd genoemd, is dankbaar voor de uitstekende medische hulp die ze heeft gekregen. „Het raadplegen van een deskundige in de geestelijke gezondheidszorg is absoluut belangrijk voor me geweest om te leren omgaan met de stemmingswisselingen waarmee deze ziekte gepaard gaat en ze te verdragen”, zegt ze. Lucia beklemtoont eveneens de waarde van rust. „Slaap is een belangrijke sleutel om met manie om te gaan”, zegt ze. „Hoe minder slaap ik krijg, hoe actiever ik word. Ik heb me erin geoefend om ook als ik niet kan slapen, niet op te staan maar gewoon rustig te blijven liggen.”

Sheila, die eveneens eerder werd genoemd, heeft gemerkt dat het nuttig is een dagboek bij te houden waarin ze haar gevoelens kwijt kan. Ze ziet een aanmerkelijke verbetering in haar kijk op de dingen. Toch zijn er uitdagingen. „Vermoeidheid laat om de een of andere reden negatieve gedachten in mijn geest doorsijpelen”, zegt Sheila. „Maar ik heb geleerd ze tot zwijgen te brengen of op z’n minst het geluid wat zachter te zetten.”

Troost uit Gods Woord

De bijbel is een versterkende hulp voor velen die last hebben van „verontrustende gedachten” (Psalm 94:17-19, 22). Cherie bijvoorbeeld vond Psalm 72:12, 13 heel aanmoedigend. Daar zegt de psalmist over Gods aangestelde Koning, Jezus Christus: „Hij zal de arme die om hulp schreeuwt, bevrijden, ook de ellendige en al wie geen helper heeft. Hij zal deernis hebben met de geringe en de arme, en de zielen van de armen zal hij redden.” Cherie werd ook aangemoedigd door de woorden van de apostel Paulus in Romeinen 8:38, 39: „Ik ben ervan overtuigd dat noch dood noch leven, noch engelen noch regeringen, noch tegenwoordige noch toekomende dingen, noch krachten, noch hoogte noch diepte, noch enige andere schepping ons zal kunnen scheiden van Gods liefde.”

Elaine, die aan bipolaire stoornis lijdt, ervaart haar verhouding met God als een anker. Ze put veel troost uit de woorden van de psalmist: „Een gebroken en verbrijzeld hart, o God, zult gij niet verachten” (Psalm 51:17). „Het is echt een troost te weten dat onze liefdevolle hemelse Vader, Jehovah, me begrijpt”, zegt ze. „Het is versterkend dicht tot hem te naderen in gebed, vooral als ik erg angstig en van streek ben.”

Zoals we hebben gezien, brengt leven met een stemmingsstoornis unieke problemen met zich mee. Maar Cherie en Elaine hebben bemerkt dat ze door zich in gebed op God te verlaten, gecombineerd met de juiste behandeling, verbetering in hun situatie hebben kunnen brengen. Maar hoe kunnen gezinsleden en vrienden degenen helpen die aan bipolaire stoornis of depressie lijden?

[Voetnoot]

^ ¶8 Ontwaakt! spreekt zich niet voor een bepaalde benadering uit. Christenen dienen zich ervan te vergewissen dat een bepaalde behandeling niet in strijd is met bijbelse beginselen.

[Inzet op blz. 10]

„Toen ik eenmaal hulp kreeg, begon de donkere wolk boven me weg te trekken. Ik voelde me veel beter!” — BRANDON

[Kader op blz. 9]

Waarnemingen van een echtgenoot

„Voordat Lucia ziek werd, heeft ze veel mensen met haar scherpe inzicht geholpen. Zelfs nu nog lijken mensen, als ze mijn vrouw bezoeken wanneer ze kalm is, zich aangetrokken te voelen door haar hartelijkheid. De meesten beseffen niet dat bij Lucia twee uitersten elkaar afwisselen: depressie en manie. Dat zijn de symptomen van bipolaire stoornis, de ziekte waaraan ze al vier jaar lijdt.

Tijdens de manische fase blijft Lucia vaak tot een, twee of zelfs drie uur ’s morgens op, terwijl er allerlei creatieve ideeën door haar geest wervelen. Ze blaakt gewoon van energie. Ze heeft de neiging om op de kleinste dingen overdreven te reageren en impulsief geld uit te geven. Ze begeeft zich in de gevaarlijkste situaties, omdat ze denkt dat ze onoverwinnelijk is, dat er geen gevaar is — moreel, fysiek of anderszins. Deze impulsiviteit brengt ook het risico van zelfmoord met zich mee. Manie wordt altijd op de voet gevolgd door depressie, en de intensiteit daarvan is gewoonlijk evenredig met die van de voorafgaande manie.

Mijn leven is drastisch veranderd. Zelfs nu Lucia behandeld wordt, verschilt het soms per dag wat we kunnen doen. Het verandert naargelang van onze omstandigheden. Ik ben gedwongen flexibeler te worden, meer dan ik ooit voor mogelijk had gehouden.” — Mario.

[Kader/Illustratie op blz. 11]

Als er medicijnen worden voorgeschreven

Sommigen denken dat medicijnen gebruiken een teken van zwakte is. Maar bekijk het eens van deze kant: Een diabeticus moet zich aan een behandeling houden die misschien ook insuline-injecties omvat. Is dat een teken van zwakte? Beslist niet! Het is gewoon een middel om het evenwicht aan voedingsstoffen in het lichaam te handhaven, zodat de patiënt gezond blijft.

Zo is het ook met het gebruiken van medicijnen voor depressie en bipolaire stoornis. Hoewel veel mensen geholpen zijn door counseling, wat hen in staat heeft gesteld hun ziekte te begrijpen, is een waarschuwing op zijn plaats. Als het chemisch evenwicht verstoord is, kan de ziekte niet gewoon met logica worden weggeredeneerd. Steven, die aan bipolaire stoornis lijdt, vertelt: „De arts die me behandelde, illustreerde het zo: Je kunt iemand zoveel rijlessen geven als je wilt, maar als je hem een auto geeft zonder stuur of zonder remmen, dan zullen die lessen niet veel uitrichten. Zo kan het ook zijn dat alleen cognitieve counseling bij iemand met depressie niet de gewenste resultaten geeft. Het herstellen van het chemisch evenwicht in de hersenen is een belangrijke eerste stap.”

[Illustratie op blz. 10]

De bijbel is een versterkende hulp voor velen die last hebben van negatieve gedachten